agrochemie hoofdstuk 2: bouw van de materie en inzicht in het periodiek system

perioden

7 horizontale rijen van het PE

groepen

De 18 verticale kolommen van het PE

de 8 hoofdgroepen van het PE

-groep Ia: alkalimetalen -groep IIa: aardalkalimetalen -groep IIa: aardmetalen -groep IVa: koolstofgroep-groep Va: stikstofgroep -groep VIa: zuurstofgroep -groep VIIa: halogenen -groep 0: edelgassen

de nevengroepen van het periodiek systeem

Ib tot VIIb + VIIIb

atoomnummer (Z)

rangetal of protonen nummer = aantal protonen

massagetal (A)

som van aantal protonen en neutronen

isotopen + de verschillende soorten

atomen met hetzelfde aantal protonen en elektronen, maar een verschillend aantal neutronen. => hetzelfde atoomnummer (Z), verschillend massagetal (A)--> 2 soorten: -radioactieve isotopen: onstabiel en vervallen (door kernsplitsing)-stabiele isotopen: ongevaarlijk en bruikbaar voor onderzoeken

def + synoniem elektronenschil

0

plaats element in het PE bepaalt door?

de lading van de kern => door het aantal protonen (atoomnummer Z)

moleculen

het kleinste deeltje van een stof, dat nog de eigenschappen van die stof bezit. moleculen zijn opgebouwd uit atomen. bv. suikermolecuul heeft alle eigenschappen van de zuivere stof suiker

atoom

Het kleinste deeltje materie, dat bestaat uit een kern en daaromheen bewegende elektronen. bouwteen van een molecuul. atomen hebben afzonderlijk andere eigenschappen dan wanner ze in een molecuul met elkaar verbonden zijn. bv. suikermolecuul is opgebouwd uit atomen zuurstof, koolstof en waterstof --> deze atomen hebben afoznderlijk geheel andere eigenschappen dan wnn ze een suikermolecule vormen

element

#NAME?

plaats atomen en moleculen binnen cellen en levende organismen

1. organismen worden gevormd door cellen 2. cellen worden gevormd door moleculen 3. moleculen worden gevormd door atomen 4. atomen worden gevormd door subatomaire deeltjes

orbitaal

ruimte rond de kern waar een elektron het meest waarschijnlijk aanwezig is

gepaarde elektronen

2 elektronen met een tegengestelde spin in 1 orbitaal

valentie elektronen

elektronen op de buitenste schil

regel van Hund

wanneer een aantal orbitalen in energie gelijk zijn, dat eerst alle orbitalen 1 elektron opvangen alvorens een orbitaal een tweede elektron ontvangt

pauli-principe

elk orbitaal mag maximum twee elektronen bevatten, die in dat geval een tegengestelde draairichting (elektronenspin moeten hebben)

ionen

deeltjes waarvan aantal elektronen niet gelijk is aan het atoomnummer --> beschreven met ladingsgetal (rechtsboven het symbool)--> lading ion verandert door de hoeveelheid elektronen:-neg. ladingsgetal = overschot aan elektronen -positief ladinggetal = tekort aan elektronen

...

...